In de strijd voor de plekken in de World Tour, de hoogste divisie van het internationale topwielrennen, de Champions League, so to say, zijn de afgelopen tijd een hoop ontwikkelingen geweest. Dat is niet nieuw en dat is niet bijzonder. Volgend jaar zal het niet anders zijn en vorig jaar was het ook niet anders. Team HTC Highroad, de beste ploeg van de wereld wat aantallen overwinningen betreft, valt uiteen, Team Geox, met de winnaar van de Vuelta, gaat misschien een herstart maken na het afhaken van de hoofdsponsor en twee van de beste klassementsrennersploegen die er zijn, die gaan fuseren tot één ploeg.
Eén van de renners die bij deze samensmelting buiten de boot is gevallen, is Geoffroy Lequatre. Hij was als "knecht" in dienst bij Team Radioshack en omdat een ploeg maar één selectie mag hebben, zal de helft van de selecties van Radioshack en Leopard Trek naar een andere ploeg moeten zoeken. Lequatre koos snel eieren voor zijn geld en vertrok naar een kleine Franse ploeg. Vele anderen van de twee grote ploegen gaan ook hun eigen weg.
In het wielrennen is ook een soort transfersysteem. Renners nemen de punten die zij de afgelopen jaren hebben gescoord mee naar hun nieuwe ploegen. Met een hoop gedoe kom je dan uit op een ranglijst die nergens beschikbaar is, maar die dus gebaseerd is op punten van de renners die bij elkaar opgeteld zijn.
Wat is nu het probleem? Wielrennen is een teamsport, net als voetbal of waterpolo en het enige criterium om te bepalen hoe sterk een ploeg is, betreft hoeveel overwinningen en ereplaatsen individuele renners hebben behaald. Dat klinkt logisch, maar dat is eigenlijk niet anders dan een criterium dat plaatsing voor de Champions League in het voetbal zou bepalen op basis van het aantal gescoorde doelpunten van selectiespelers in de afgelopen jaren. In het voetbal zou dat neerkomen op een selectie vol spitsen. De topscorer van Oezbekistan en die van Sierra Leone worden onbetaalbaar en een geniale middenvelder die zelden scoort, het type Pirlo of Dunga, wordt niets meer waard waar het gaat om plaatsing voor het kampioenenbal.
Dit is een probleem dat Lequatre ook aanstipt. Hij zegt dat deze manier van puntentelling het wielrennen onherstelbare schade kan toebrengen en dat ben ik met hem eens. Zonder renners als Amaël Moinard kan Cadel Evans de Tour niet winnen en door de puntentelling van de internationale wielerbond UCI worden renners als hij buiten de top geduwd. In een wereld waarin Ajax en Feyenoord samen Feynax worden en 30 spelers weg moeten, is dit funest.
In een interview met Cyclingnews.com legt Lequatre de vinger op de zere plek. Volgens hem heeft het puntensysteem als gevolg dat renners eigenbelang boven ploegbelang gaan laten prevaleren om hun eigen hachje te redden voor het volgende seizoen. Ploegen hebben een aantal punten nodig om hun status als lid van de World Tour te bereiken dan wel te behouden. Daarvoor zijn gearriveerde kopmannen nodig. Om als knecht enige waarde te hebben, móét je punten pakken. Hierdoor komt een cruciaal onderdeel van de wielersport aan het wankelen.
Het heeft al een tijd geduurd voor de helpers van kopmannen door het grote publiek werden gewaardeerd, áls dat al aan de orde is. Renners als Pavel Padrnos en Manuel Beltran zijn bekend geworden door hun diensten voor Lance Armstrong, de meters die Sylwester Szmyd iedere Giro d'Italia maakt voor Ivan Basso en Vincenzo Nibali, zijn goud waard voor hun klasseringen. Het wordt tijd dat dit doorgezet wordt, want anders kunnen we ploegen wel opdoeken.
Lees het volledige artikel op Cyclingnews.com.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten